benodigen

Conjugations List of Benodigen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikbenodigbenodigdeheb benodigd
jij, je, ubenodigtbenodigdehebt benodigd
hij, zij, hetbenodigtbenodigdeheeft benodigd
wijbenodigenbenodigdenhebben benodigd
julliebenodigenbenodigdenhebben benodigd
zij, zebenodigenbenodigdenhebben benodigd

Presens
Beta

Example presens sentences for Benodigen with some of the pronouns.

  • Ik benodig een pen om te schrijven.
  • Jij benodigt wat hulp bij je huiswerk.
  • Hij benodigt tijd om na te denken.
  • Wij benodigen extra informatie voor het project.
  • Zij benodigen een vergaderzaal voor de bijeenkomst.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Benodigen with some of the pronouns.

  • Ik benodigde een pen om te schrijven.
  • Jij benodigde wat hulp bij je huiswerk.
  • Hij benodigde tijd om na te denken.
  • Wij benodigden extra informatie voor het project.
  • Zij benodigden een vergaderzaal voor de bijeenkomst.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Benodigen with some of the pronouns.

  • Ik heb een pen benodigd om te schrijven.
  • Jij hebt wat hulp benodigd bij je huiswerk.
  • Hij heeft tijd benodigd om na te denken.
  • Wij hebben extra informatie benodigd voor het project.
  • Zij hebben een vergaderzaal benodigd voor de bijeenkomst.