bovenblijven

Conjugations List of Bovenblijven.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikblijf bovenbleef bovenben bovengebleven
jij, je, ublijft bovenbleef bovenbent bovengebleven
hij, zij, hetblijft bovenbleef bovenis bovengebleven
wijblijven bovenbleven bovenzijn bovengebleven
jullieblijven bovenbleven bovenzijn bovengebleven
zij, zeblijven bovenbleven bovenzijn bovengebleven

Presens
Beta

Example presens sentences for Bovenblijven with some of the pronouns.

  • Ik blijf boven na schooltijd.
  • Jij blijft boven als straf.
  • Hij/zij/het blijft boven om te studeren.
  • Wij blijven boven tijdens de pauze.
  • Jullie blijven boven voor je huiswerk.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Bovenblijven with some of the pronouns.

  • Ik bleef boven na schooltijd.
  • Jij bleef boven als straf.
  • Hij/zij/het bleef boven om te studeren.
  • Wij bleven boven tijdens de pauze.
  • Jullie bleven boven voor je huiswerk.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Bovenblijven with some of the pronouns.

  • Ik ben bovengebleven na schooltijd.
  • Jij bent bovengebleven als straf.
  • Hij/zij/het is bovengebleven om te studeren.
  • Wij zijn bovengebleven tijdens de pauze.
  • Jullie zijn bovengebleven voor je huiswerk.