corrumperen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | corrumpeer | corrumpeerde | heb gecorrumpeerd |
jij, je, u | corrumpeert | corrumpeerde | hebt gecorrumpeerd |
hij, zij, het | corrumpeert | corrumpeerde | heeft gecorrumpeerd |
wij | corrumperen | corrumpeerden | hebben gecorrumpeerd |
jullie | corrumperen | corrumpeerden | hebben gecorrumpeerd |
zij, ze | corrumperen | corrumpeerden | hebben gecorrumpeerd |
PresensBeta
Example presens sentences for Corrumperen with some of the pronouns.
- Ik corrumpeer de politieke systemen.
- Jij corrumpeert de jeugd met slechte invloeden.
- Hij/zij/het corrumpeert het onderwijs met zijn/haar gedrag.
- Wij corrumperen de normen en waarden van de samenleving.
- Jullie corrumperen de rechtsgang door omkoping.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Corrumperen with some of the pronouns.
- Ik corrumpeerde de politieke systemen.
- Jij corrumpeerde de jeugd met slechte invloeden.
- Hij/zij/het corrumpeerde het onderwijs met zijn/haar gedrag.
- Wij corrumpeerden de normen en waarden van de samenleving.
- Jullie corrumpeerden de rechtsgang door omkoping.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Corrumperen with some of the pronouns.
- Ik heb de politieke systemen gecorrumpeerd.
- Jij hebt de jeugd gecorrumpeerd met slechte invloeden.
- Hij/zij/het heeft het onderwijs gecorrumpeerd met zijn/haar gedrag.
- Wij hebben de normen en waarden van de samenleving gecorrumpeerd.
- Jullie hebben de rechtsgang gecorrumpeerd door omkoping.