gladden

Conjugations List of Gladden.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikgladgladdeheb geglad
jij, je, ugladtgladdehebt geglad
hij, zij, hetgladtgladdeheeft geglad
wijgladdengladdenhebben geglad
julliegladdengladdenhebben geglad
zij, zegladdengladdenhebben geglad

Presens
Beta

Example presens sentences for Gladden with some of the pronouns.

  • Ik verblijd mij over het mooie weer.
  • Jij verblijdt je met een cadeau.
  • Hij/zij verblijdt zich met de goede resultaten.
  • Wij verblijden ons met de komst van onze familie.
  • Zij verblijden zich met een heerlijke maaltijd.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Gladden with some of the pronouns.

  • Ik verblijdde mij over de verrassing.
  • Jij verblijdde je met een mooi boek.
  • Hij/zij verblijdde zich met een nieuw huis.
  • Wij verblijdden ons met een gezellige avond.
  • Zij verblijdden zich met een prachtig uitzicht.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Gladden with some of the pronouns.

  • Ik heb mij verheugd over het goede nieuws.
  • Jij hebt je verheugd op de vakantie.
  • Hij/zij heeft zich verheugd op het concert.
  • Wij hebben ons verheugd op het feest.
  • Zij hebben zich verheugd over de geslaagde missie.