grinten

Conjugations List of Grinten.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikgrintgrintteheb gegrint
jij, je, ugrintgrinttehebt gegrint
hij, zij, hetgrintgrintteheeft gegrint
wijgrintengrinttenhebben gegrint
julliegrintengrinttenhebben gegrint
zij, zegrintengrinttenhebben gegrint

Presens

Example presens sentences for Grinten with some of the pronouns.

  • Ik grint
  • Jij grint
  • Hij/Zij/Het grint
  • Wij grinten
  • Jullie grinten

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Grinten with some of the pronouns.

  • Ik grinte
  • Jij grinte
  • Hij/Zij/Het grinte
  • Wij grinten
  • Jullie grinten

Perfectum

Example perfectum sentences for Grinten with some of the pronouns.

  • Ik heb gegrind
  • Jij hebt gegrind
  • Hij/Zij/Het heeft gegrind
  • Wij hebben gegrind
  • Jullie hebben gegrind