schuwen

Conjugations List of Schuwen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikschuwschuwdeheb geschuwd
jij, je, uschuwtschuwdehebt geschuwd
hij, zij, hetschuwtschuwdeheeft geschuwd
wijschuwenschuwdenhebben geschuwd
jullieschuwenschuwdenhebben geschuwd
zij, zeschuwenschuwdenhebben geschuwd