toedrukken
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | druk toe | drukte toe | heb toegedrukt |
jij, je, u | drukt toe | drukte toe | hebt toegedrukt |
hij, zij, het | drukt toe | drukte toe | heeft toegedrukt |
wij | drukken toe | drukten toe | hebben toegedrukt |
jullie | drukken toe | drukten toe | hebben toegedrukt |
zij, ze | drukken toe | drukten toe | hebben toegedrukt |
PresensBeta
Example presens sentences for Toedrukken with some of the pronouns.
- Ik druk de knop stevig toe.
- Jij drukt de boeken op elkaar.
- Hij drukt zijn neus tegen het raam.
- Wij drukken de handen ineen.
- Zij drukken de krant elke ochtend.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Toedrukken with some of the pronouns.
- Ik drukte de knop stevig toe.
- Jij drukte de boeken op elkaar.
- Hij drukte zijn neus tegen het raam.
- Wij drukten de handen ineen.
- Zij drukten de krant elke ochtend.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Toedrukken with some of the pronouns.
- Ik heb de knop stevig toegedrukt.
- Jij hebt de boeken op elkaar gedrukt.
- Hij heeft zijn neus tegen het raam gedrukt.
- Wij hebben de handen ineen gedrukt.
- Zij hebben de krant elke ochtend gedrukt.