vereuropesen

Conjugations List of Vereuropesen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikvereuropeesvereuropeesteheb vereuropeest
jij, je, uvereuropeestvereuropeestehebt vereuropeest
hij, zij, hetvereuropeestvereuropeesteheeft vereuropeest
wijvereuropesenvereuropeestenhebben vereuropeest
jullievereuropesenvereuropeestenhebben vereuropeest
zij, zevereuropesenvereuropeestenhebben vereuropeest