verzengen

Conjugations List of Verzengen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikverzengverzengdeheb verzengd
jij, je, uverzengtverzengdehebt verzengd
hij, zij, hetverzengtverzengdeheeft verzengd
wijverzengenverzengdenhebben verzengd
jullieverzengenverzengdenhebben verzengd
zij, zeverzengenverzengdenhebben verzengd

Presens

Example presens sentences for Verzengen with some of the pronouns.

  • Ik verzeng
  • Jij verzenget
  • Hij/Zij verzengt
  • Wij verzengen
  • Jullie verzengen

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Verzengen with some of the pronouns.

  • Ik verzengde
  • Jij verzengde
  • Hij/Zij verzengde
  • Wij verzengden
  • Jullie verzengden

Perfectum

Example perfectum sentences for Verzengen with some of the pronouns.

  • Ik heb verzengd
  • Jij hebt verzengd
  • Hij/Zij heeft verzengd
  • Wij hebben verzengd
  • Jullie hebben verzengd