abandonneren
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | abandonneer | abandonneerde | heb geabandonneerd |
jij, je, u | abandonneert | abandonneerde | hebt geabandonneerd |
hij, zij, het | abandonneert | abandonneerde | heeft geabandonneerd |
wij | abandonneren | abandonneerden | hebben geabandonneerd |
jullie | abandonneren | abandonneerden | hebben geabandonneerd |
zij, ze | abandonneren | abandonneerden | hebben geabandonneerd |
PresensBeta
Example presens sentences for Abandonneren with some of the pronouns.
- Ik abandonneer
- Jij abandonneert
- Hij/Zij/Het abandonneert
- Wij abandonneren
- Jullie abandonneren
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Abandonneren with some of the pronouns.
- Ik abandonneerde
- Jij abandonneerde
- Hij/Zij/Het abandonneerde
- Wij abandonneerden
- Jullie abandonneerden
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Abandonneren with some of the pronouns.
- Ik heb geabandonneerd
- Jij hebt geabandonneerd
- Hij/Zij/Het heeft geabandonneerd
- Wij hebben geabandonneerd
- Jullie hebben geabandonneerd