wegschrappen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | schrap weg | schrapte weg | heb weggeschrapt |
jij, je, u | schrapt weg | schrapte weg | hebt weggeschrapt |
hij, zij, het | schrapt weg | schrapte weg | heeft weggeschrapt |
wij | schrappen weg | schrapten weg | hebben weggeschrapt |
jullie | schrappen weg | schrapten weg | hebben weggeschrapt |
zij, ze | schrappen weg | schrapten weg | hebben weggeschrapt |
Presens
Example presens sentences for Wegschrappen with some of the pronouns.
- Ik schrap de woorden weg tijdens het redigeren.
- Jij schrapt de fouten weg in je tekst.
- Hij/zij/het schrapt de overbodige zinnen weg.
- Wij schrappen de oude regels weg en stellen nieuwe richtlijnen op.
- Jullie schrappen de onnodige details weg uit het verslag.
Imperfectum
Example imperfectum sentences for Wegschrappen with some of the pronouns.
- Ik schrapte de woorden weg tijdens het redigeren.
- Jij schrapte de fouten weg in je tekst.
- Hij/zij/het schrapte de overbodige zinnen weg.
- Wij schrapten de oude regels weg en stelden nieuwe richtlijnen op.
- Jullie schrapten de onnodige details weg uit het verslag.
Perfectum
Example perfectum sentences for Wegschrappen with some of the pronouns.
- Ik heb de woorden weggeschraapt tijdens het redigeren.
- Jij hebt de fouten weggeschraapt in je tekst.
- Hij/zij/het heeft de overbodige zinnen weggeschraapt.
- Wij hebben de oude regels weggeschraapt en nieuwe richtlijnen opgesteld.
- Jullie hebben de onnodige details weggeschraapt uit het verslag.