gadeslaan
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | sla gade | sloeg gade | heb gadegeslagen |
jij, je, u | slaat gade | sloeg gade | hebt gadegeslagen |
hij, zij, het | slaat gade | sloeg gade | heeft gadegeslagen |
wij | slaan gade | sloegen gade | hebben gadegeslagen |
jullie | slaan gade | sloegen gade | hebben gadegeslagen |
zij, ze | slaan gade | sloegen gade | hebben gadegeslagen |
Presens
Example presens sentences for Gadeslaan with some of the pronouns.
- Ik sla gade wat er om me heen gebeurt.
- Jij slaat gade hoe de kinderen spelen in het park.
- Hij slaat gade hoe de zon ondergaat aan de horizon.
- Wij slaan gade hoe de bloemen langzaam groeien.
- Zij slaan gade hoe de vogels door de lucht vliegen.
Imperfectum
Example imperfectum sentences for Gadeslaan with some of the pronouns.
- Ik sloeg gade wat er om me heen gebeurde.
- Jij sloeg gade hoe de kinderen speelden in het park.
- Hij sloeg gade hoe de zon onderging aan de horizon.
- Wij sloegen gade hoe de bloemen langzaam groeiden.
- Zij sloegen gade hoe de vogels door de lucht vlogen.
Perfectum
Example perfectum sentences for Gadeslaan with some of the pronouns.
- Ik heb gadeslagen wat er om me heen is gebeurd.
- Jij hebt gadeslagen hoe de kinderen hebben gespeeld in het park.
- Hij heeft gadeslagen hoe de zon is ondergegaan aan de horizon.
- Wij hebben gadeslagen hoe de bloemen langzaam zijn gegroeid.
- Zij hebben gadeslagen hoe de vogels door de lucht zijn gevlogen.