aanmelden
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | meld aan | meldde aan | heb aangemeld |
jij, je, u | meldt aan | meldde aan | hebt aangemeld |
hij, zij, het | meldt aan | meldde aan | heeft aangemeld |
wij | melden aan | meldden aan | hebben aangemeld |
jullie | melden aan | meldden aan | hebben aangemeld |
zij, ze | melden aan | meldden aan | hebben aangemeld |
PresensBeta
Example presens sentences for Aanmelden with some of the pronouns.
- Ik meld me aan voor de cursus.
- Jij meldt je aan bij de receptie.
- Hij meldt zich aan als vrijwilliger.
- Wij melden ons aan voor het evenement.
- Zij melden zich aan voor de nieuwsbrief.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Aanmelden with some of the pronouns.
- Ik meldde me aan voor de cursus.
- Jij meldde je aan bij de receptie.
- Hij meldde zich aan als vrijwilliger.
- Wij meldden ons aan voor het evenement.
- Zij meldden zich aan voor de nieuwsbrief.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Aanmelden with some of the pronouns.
- Ik heb me aangemeld voor de cursus.
- Jij hebt je aangemeld bij de receptie.
- Hij heeft zich aangemeld als vrijwilliger.
- Wij hebben ons aangemeld voor het evenement.
- Zij hebben zich aangemeld voor de nieuwsbrief.