bekennen

Conjugations List of Bekennen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikbekenbekendeheb bekend
jij, je, ubekentbekendehebt bekend
hij, zij, hetbekentbekendeheeft bekend
wijbekennenbekendenhebben bekend
julliebekennenbekendenhebben bekend
zij, zebekennenbekendenhebben bekend

Presens

Example presens sentences for Bekennen with some of the pronouns.

  • Ik bekenn het voorval.
  • Jij bekent je schuld.
  • Hij bekent zijn liefde voor haar.
  • Wij bekennen onze fouten.
  • Zij bekennen hun betrokkenheid.

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Bekennen with some of the pronouns.

  • Ik bekende mijn twijfels.
  • Jij bekende je angsten.
  • Hij bekende zijn geheimen.
  • Wij bekenden onze zorgen.
  • Zij bekenden hun spijt.

Perfectum

Example perfectum sentences for Bekennen with some of the pronouns.

  • Ik heb mijn misdaad bekend.
  • Jij hebt spijt bekend.
  • Hij heeft de waarheid bekend.
  • Wij hebben onze leugens bekend.
  • Zij hebben hun aandeel bekend.