beschouwen
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | beschouw | beschouwde | heb beschouwd |
| jij, je, u | beschouwt | beschouwde | hebt beschouwd |
| hij, zij, het | beschouwt | beschouwde | heeft beschouwd |
| wij | beschouwen | beschouwden | hebben beschouwd |
| jullie | beschouwen | beschouwden | hebben beschouwd |
| zij, ze | beschouwen | beschouwden | hebben beschouwd |
PresensBeta
Example presens sentences for Beschouwen with some of the pronouns.
- Ik beschouw de natuur als een bron van inspiratie.
- Zij beschouwt hem als haar beste vriend.
- Wij beschouwen dit probleem als een uitdaging.
- Jullie beschouwen kunst als een vorm van expressie.
- Zij beschouwen de hond als een lid van hun gezin.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Beschouwen with some of the pronouns.
- Vroeger beschouwde ik sport als een hobby.
- Toen ik jong was, beschouwde ik hem als mijn held.
- Wij beschouwden dit als een belangrijke gebeurtenis.
- Jullie beschouwden haar woorden als waarheid.
- Zij beschouwden het als een mislukking.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Beschouwen with some of the pronouns.
- Ik heb de schilderijen beschouwd in het museum.
- Hij heeft haar opmerkingen serieus beschouwd.
- Wij hebben de nieuwe strategie grondig beschouwd.
- Jullie hebben mijn voorstel zorgvuldig beschouwd.
- Zij hebben zijn ideeën nooit serieus beschouwd.