doodknuppelen

Conjugations List of Doodknuppelen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikknuppel doodknuppelde doodheb doodgeknuppeld
jij, je, uknuppelt doodknuppelde doodhebt doodgeknuppeld
hij, zij, hetknuppelt doodknuppelde doodheeft doodgeknuppeld
wijknuppelen doodknuppelden doodhebben doodgeknuppeld
jullieknuppelen doodknuppelden doodhebben doodgeknuppeld
zij, zeknuppelen doodknuppelden doodhebben doodgeknuppeld

Presens
Beta

Example presens sentences for Doodknuppelen with some of the pronouns.

  • Ik doodknuppel de mug.
  • Jij doodknuppelt de mollen.
  • Hij/Zij/Het doodknuppelt de konijnen.
  • Wij doodknuppelen de vissen.
  • Jullie doodknuppelen de ratten.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Doodknuppelen with some of the pronouns.

  • Ik doodknuppelde de mug.
  • Jij doodknuppelde de mollen.
  • Hij/Zij/Het doodknuppelde de konijnen.
  • Wij doodknuppelden de vissen.
  • Jullie doodknuppelden de ratten.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Doodknuppelen with some of the pronouns.

  • Ik heb de mug doodgeknuppeld.
  • Jij hebt de mollen doodgeknuppeld.
  • Hij/Zij/Het heeft de konijnen doodgeknuppeld.
  • Wij hebben de vissen doodgeknuppeld.
  • Jullie hebben de ratten doodgeknuppeld.