middelen
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | middel | middelde | heb gemiddeld |
| jij, je, u | middelt | middelde | hebt gemiddeld |
| hij, zij, het | middelt | middelde | heeft gemiddeld |
| wij | middelen | middelden | hebben gemiddeld |
| jullie | middelen | middelden | hebben gemiddeld |
| zij, ze | middelen | middelden | hebben gemiddeld |
PresensBeta
Example presens sentences for Middelen with some of the pronouns.
- Ik middel tegen verkoudheid.
- Jij middelt altijd met de waarheid.
- Hij/Zij middelt vaak in conflicten.
- Wij middelen de financiën van het bedrijf.
- Zij middelen de meningsverschillen tussen vrienden.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Middelen with some of the pronouns.
- Vroeger middelde ik vaak als er ruzie was.
- Jij middelde regelmatig om compromissen te vinden.
- Hij/Zij middelde meestal als bemiddelaar in conflicten.
- Wij middelden toen we problemen hadden.
- Zij middelden vroeger om de vrede te bewaren.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Middelen with some of the pronouns.
- Ik heb gemiddeld over de resultaten van het onderzoek.
- Jij bent met succes tot een oplossing gekomen door te middelen.
- Hij/Zij is tussenbeide gekomen en heeft de situatie gemiddeld.
- Wij hebben verschillende ideeën bij elkaar gemiddeld.
- Zij hebben de geschillen vreedzaam gemiddeld.