opkwikken

Conjugations List of Opkwikken.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikkwik opkwikte opheb opgekwikt
jij, je, ukwikt opkwikte ophebt opgekwikt
hij, zij, hetkwikt opkwikte opheeft opgekwikt
wijkwikken opkwikten ophebben opgekwikt
julliekwikken opkwikten ophebben opgekwikt
zij, zekwikken opkwikten ophebben opgekwikt

Presens
Beta

Example presens sentences for Opkwikken with some of the pronouns.

  • Ik krik mezelf op na een vermoeiende dag.
  • Jij krikt je humeur op met een goede grap.
  • Hij krikt zijn zelfvertrouwen op door te oefenen.
  • Wij krikken ons energieniveau op met een kop koffie.
  • Zij krikken de sfeer op met leuke muziek.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Opkwikken with some of the pronouns.

  • Ik krikte mezelf op na een vermoeiende dag.
  • Jij krikte je humeur op met een goede grap.
  • Hij krikte zijn zelfvertrouwen op door te oefenen.
  • Wij krikten ons energieniveau op met een kop koffie.
  • Zij krikten de sfeer op met leuke muziek.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Opkwikken with some of the pronouns.

  • Ik heb mezelf opgekrikt na een vermoeiende dag.
  • Jij hebt je humeur opgekrikt met een goede grap.
  • Hij heeft zijn zelfvertrouwen opgekrikt door te oefenen.
  • Wij hebben ons energieniveau opgekrikt met een kop koffie.
  • Zij hebben de sfeer opgekrikt met leuke muziek.