vermooien

Conjugations List of Vermooien.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikvermooivermooideheb vermooid
jij, je, uvermooitvermooidehebt vermooid
hij, zij, hetvermooitvermooideheeft vermooid
wijvermooienvermooidenhebben vermooid
jullievermooienvermooidenhebben vermooid
zij, zevermooienvermooidenhebben vermooid

Presens
Beta

Example presens sentences for Vermooien with some of the pronouns.

  • Ik vermooi de tuin elke week.
  • Jij vermooit de kamer met bloemen.
  • Hij vermooit zijn haar voor het feest.
  • Zij vermooien de straat met kleurrijke graffiti.
  • We vermooien de omgeving met onze kunstwerken.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Vermooien with some of the pronouns.

  • Vroeger vermooide ik de tuin regelmatig.
  • Toen vermooide jij de kamer altijd met bloemen.
  • Hij vermooide zijn haar vroeger voor elk feestje.
  • Zij vermooiden de straat vaak met hun artistieke expressie.
  • Vroeger vermooiden we de omgeving met veel enthousiasme.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Vermooien with some of the pronouns.

  • Ik heb de tuin vermooit voor het feest.
  • Jij hebt de kamer met bloemen vermooit.
  • Hij heeft zijn haar voor de bruiloft vermooit.
  • Zij hebben de straat met kleurrijke graffiti vermooit.
  • We hebben de omgeving met onze kunstwerken vermooit.