atrofiëren

Conjugations List of Atrofiëren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikatrofieeratrofieerdeben geatrofieerd
jij, je, uatrofieertatrofieerdebent geatrofieerd
hij, zij, hetatrofieertatrofieerdeis geatrofieerd
wijatrofiërenatrofieerdenzijn geatrofieerd
jullieatrofiërenatrofieerdenzijn geatrofieerd
zij, zeatrofiërenatrofieerdenzijn geatrofieerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Atrofiëren with some of the pronouns.

  • De spier atrofieert als hij niet regelmatig gebruikt wordt.
  • Mijn lichaam atrofieert door het gebrek aan beweging.
  • De ziekte veroorzaakt dat de spieren atrofiëren.
  • Het langdurige verblijf in bed kan leiden tot spieratrofie.
  • Wanneer je niet genoeg traint, kunnen je spieren atrofiëren.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Atrofiëren with some of the pronouns.

  • Toen ik jong was, atrofieerden mijn spieren door gebrek aan training.
  • Mijn spieren atrofieerden langzaam gedurende maanden van inactiviteit.
  • De patiënt vertelde me dat haar spieren atrofieerden als gevolg van de ziekte.
  • Tijdens de revalidatieperiode atrofieerden de spieren van de patiënt.
  • Hij merkte op dat zijn spieren atrofieerden toen hij stopte met sporten.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Atrofiëren with some of the pronouns.

  • Mijn spieren zijn atrofieerd door het lange herstelproces.
  • Ik heb gemerkt dat mijn spiermassa is atrofieerd.
  • Zijn spieren zijn atrofieerd na de blessure.
  • Na een periode van rust waren de spieren atrofieerd.
  • De arts heeft geconstateerd dat de spieren zijn atrofieerd.