excerperen

Conjugations List of Excerperen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikexcerpeerexcerpeerdeheb geëxcerpeerd
jij, je, uexcerpeertexcerpeerdehebt geëxcerpeerd
hij, zij, hetexcerpeertexcerpeerdeheeft geëxcerpeerd
wijexcerperenexcerpeerdenhebben geëxcerpeerd
jullieexcerperenexcerpeerdenhebben geëxcerpeerd
zij, zeexcerperenexcerpeerdenhebben geëxcerpeerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Excerperen with some of the pronouns.

  • Ik excerpeer dagelijks artikelen voor mijn studenten.
  • Jij excerpeert interessante passages uit boeken.
  • Hij/Zij excerpeert de belangrijkste punten uit de tekst.
  • Wij excerperen de informatie zorgvuldig.
  • Jullie excerperen de tekst op korte termijn.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Excerperen with some of the pronouns.

  • Ik excerpeerde regelmatig vroeger toen ik studeerde.
  • Jij excerpeerde de tekst tijdens de les gisteren.
  • Hij/Zij excerpeerde de bronnen voordat hij begon te schrijven.
  • Wij excerpeerden de moeilijke passage samen.
  • Jullie excerpeerden de tekst terwijl ik aan het presenteren was.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Excerperen with some of the pronouns.

  • Ik heb geëxcerpeerd wat ik nodig had.
  • Jij hebt de tekst geëxcerpeerd en samengevat.
  • Hij/Zij heeft de bronnen geëxcerpeerd voor het onderzoek.
  • Wij hebben de relevante informatie geëxcerpeerd.
  • Jullie hebben de tekst grondig geëxcerpeerd.