formatteren

Conjugations List of Formatteren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikformatteerformatteerdeheb geformatteerd
jij, je, uformatteertformatteerdehebt geformatteerd
hij, zij, hetformatteertformatteerdeheeft geformatteerd
wijformatterenformatteerdenhebben geformatteerd
jullieformatterenformatteerdenhebben geformatteerd
zij, zeformatterenformatteerdenhebben geformatteerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Formatteren with some of the pronouns.

  • Ik formatteer mijn computer elke maand.
  • Jij formateert je USB-stick regelmatig.
  • Hij formatteert de harde schijf van zijn laptop.
  • Zij formatteren de documenten volgens de huisstijl.
  • Wij formatteren de tekst voor het rapport.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Formatteren with some of the pronouns.

  • Ik formatteerde mijn computer gisteren.
  • Jij formatteerde je USB-stick vaak.
  • Hij formatteerde de harde schijf van zijn laptop regelmatig.
  • Zij formatteerden de documenten volgens de oude richtlijnen.
  • Wij formatteerden de tekst voor het vorige rapport.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Formatteren with some of the pronouns.

  • Ik heb mijn computer geformatteerd.
  • Jij hebt je USB-stick geformatteerd.
  • Hij heeft de harde schijf van zijn laptop geformatteerd.
  • Zij hebben de documenten volgens de huisstijl geformatteerd.
  • Wij hebben de tekst voor het rapport geformatteerd.