generen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | geneer | geneerde | heb gegeneerd |
jij, je, u | geneert | geneerde | hebt gegeneerd |
hij, zij, het | geneert | geneerde | heeft gegeneerd |
wij | generen | geneerden | hebben gegeneerd |
jullie | generen | geneerden | hebben gegeneerd |
zij, ze | generen | geneerden | hebben gegeneerd |
PresensBeta
Example presens sentences for Generen with some of the pronouns.
- Ik genereer een rapport voor de vergadering.
- Jij genereert altijd nieuwe ideeën.
- Hij/zij genereert veel aandacht met zijn/haar optreden.
- Wij genereren winst met ons bedrijf.
- Zij genereren energie uit duurzame bronnen.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Generen with some of the pronouns.
- Vroeger genereerde ik rapporten voor de vergadering.
- Jij genereerde altijd nieuwe ideeën in het verleden.
- Hij/zij genereerde veel aandacht met zijn/haar vorige optreden.
- Wij genereerden winst met ons bedrijf in het verleden.
- Zij genereerden energie uit duurzame bronnen in het verleden.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Generen with some of the pronouns.
- Ik heb een rapport gegenereerd voor de vergadering.
- Jij hebt altijd nieuwe ideeën gegenereerd.
- Hij/zij heeft veel aandacht gegenereerd met zijn/haar optreden.
- Wij hebben winst gegenereerd met ons bedrijf.
- Zij hebben energie gegenereerd uit duurzame bronnen.