klaarkomen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | kom klaar | kwam klaar | ben klaargekomen |
jij, je, u | komt klaar | kwam klaar | bent klaargekomen |
hij, zij, het | komt klaar | kwam klaar | is klaargekomen |
wij | komen klaar | kwamen klaar | zijn klaargekomen |
jullie | komen klaar | kwamen klaar | zijn klaargekomen |
zij, ze | komen klaar | kwamen klaar | zijn klaargekomen |
PresensBeta
Example presens sentences for Klaarkomen with some of the pronouns.
- Ik kom klaar tijdens het kijken naar een opwindende film.
- Jij komt klaar zodra je partner je aanraakt.
- Hij/zij komt klaar door zichzelf te bevredigen.
- Wij komen klaar na een intensieve vrijpartij.
- Zij komen klaar wanneer ze samen experimenteren in bed.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Klaarkomen with some of the pronouns.
- Ik kwam klaar terwijl ik aan het douchen was.
- Jij kwam klaar toen we elkaar voor het eerst ontmoetten.
- Hij/zij kwam klaar zonder enige waarschuwing.
- Wij kwamen klaar voordat de stroom uitviel.
- Zij kwamen klaar tijdens een spannend avontuur.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Klaarkomen with some of the pronouns.
- Ik ben klaargekomen na een lange dag werken.
- Jij bent klaargekomen tijdens onze laatste ontmoeting.
- Hij/zij is klaargekomen voordat ik het doorhad.
- Wij zijn klaargekomen na een romantisch diner.
- Zij zijn klaargekomen tijdens hun vakantie in Spanje.