klikken

Conjugations List of Klikken.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikklikklikteheb geklikt
jij, je, ukliktkliktehebt geklikt
hij, zij, hetkliktklikteheeft geklikt
wijklikkenkliktenhebben geklikt
jullieklikkenkliktenhebben geklikt
zij, zeklikkenkliktenhebben geklikt

Presens
Beta

Example presens sentences for Klikken with some of the pronouns.

  • Ik klik op de link om de website te openen.
  • Jij klikt snel op de knoppen van de afstandsbediening.
  • Hij klikt met zijn muis om het bestand te selecteren.
  • Zij klikken vaak op advertenties op internet.
  • We klikken allemaal op de 'Vind ik leuk' knop.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Klikken with some of the pronouns.

  • Vroeger klikte ik altijd per ongeluk op de verkeerde plekken.
  • Toen we jong waren, klikten we vaak op pop-upadvertenties.
  • Elke keer als ik op die knop klikte, gebeurde er niets.
  • Ze klikten herhaaldelijk op de verkeerde links en begrepen het niet.
  • In het verleden klikten we altijd op de eerste zoekresultaten.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Klikken with some of the pronouns.

  • Ik heb op de verkeerde knop geklikt en nu is alles weg.
  • Jij bent al op de website geweest? Ik heb er nog niet op geklikt.
  • Hij heeft gisteren op de foute link geklikt en een virus gedownload.
  • Zij hebben op de banner geklikt en een prijs gewonnen.
  • We zijn per ongeluk op de verkeerde pagina geklikt.