kwelen

Conjugations List of Kwelen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikkweelkweeldeheb gekweeld
jij, je, ukweeltkweeldehebt gekweeld
hij, zij, hetkweeltkweeldeheeft gekweeld
wijkwelenkweeldenhebben gekweeld
julliekwelenkweeldenhebben gekweeld
zij, zekwelenkweeldenhebben gekweeld

Presens

Example presens sentences for Kwelen with some of the pronouns.

  • Ik kweel elke ochtend onder de douche.
  • Jij kweelt altijd tijdens het karaokefeest.
  • Hij/zij/het kweelt prachtige liederen in het koor.
  • Wij kweelen mee met de radio in de auto.
  • Jullie kweelen vrolijk in de tuin.

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Kwelen with some of the pronouns.

  • Ik kweelde vroeger vaak in mijn slaapkamer.
  • Jij kweelde als een nachtegaal tijdens de zangwedstrijd.
  • Hij/zij/het kweelde altijd wanneer hij/zij verdrietig was.
  • Wij kweelden gezellig bij het kampvuur.
  • Jullie kweelden aanstekelijk in de klas.

Perfectum

Example perfectum sentences for Kwelen with some of the pronouns.

  • Ik heb gekweeld tijdens het optreden gisteravond.
  • Jij hebt mooi gekweeld op het podium.
  • Hij/zij/het heeft al veel gekweeld in zijn/haar leven.
  • Wij hebben samen gekweeld tijdens het feestje.
  • Jullie hebben enthousiast gekweeld in het theater.