linken
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | link | linkte | heb gelinkt |
jij, je, u | linkt | linkte | hebt gelinkt |
hij, zij, het | linkt | linkte | heeft gelinkt |
wij | linken | linkten | hebben gelinkt |
jullie | linken | linkten | hebben gelinkt |
zij, ze | linken | linkten | hebben gelinkt |
PresensBeta
Example presens sentences for Linken with some of the pronouns.
- Ik link nu naar een interessante website.
- Jij linkt vaak naar handige bronnen.
- Hij/zij/het linkt de artikelen op sociale media.
- Wij linken onze informatie aan betrouwbare bronnen.
- Jullie linken de pagina's van de website goed.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Linken with some of the pronouns.
- Vroeger linkte ik veel naar andere websites.
- Toen jij nog werkte bij dat bedrijf, linkte je veel naar hun producten.
- Hij/zij/het linkte altijd naar dezelfde webpagina.
- In mijn vorige baan linkten wij regelmatig naar externe bronnen.
- Jullie linkten toen alle nieuwsartikelen op de homepage.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Linken with some of the pronouns.
- Ik heb naar die video gelinkt.
- Jij hebt al meerdere keren naar die blog gelinkt.
- Hij/zij/het heeft de documenten correct gelinkt.
- Wij hebben de bronnen met elkaar gelinkt.
- Jullie hebben de relevante informatie gelinkt.