muggenziften
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | muggenzift | muggenziftte | heb gemuggenzift |
| jij, je, u | muggenzift | muggenziftte | hebt gemuggenzift |
| hij, zij, het | muggenzift | muggenziftte | heeft gemuggenzift |
| wij | muggenziften | muggenziftten | hebben gemuggenzift |
| jullie | muggenziften | muggenziftten | hebben gemuggenzift |
| zij, ze | muggenziften | muggenziftten | hebben gemuggenzift |
PresensBeta
Example presens sentences for Muggenziften with some of the pronouns.
- Ik muggenzift over de kleinste details.
- Jij muggenzift altijd tijdens vergaderingen.
- Hij muggenzift over mijn taalgebruik.
- Zij muggenziften graag over andermans werk.
- Wij muggenziften niet zo vaak.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Muggenziften with some of the pronouns.
- Ik muggenziftte over de kleinste details.
- Jij muggenziftte altijd tijdens vergaderingen.
- Hij muggenziftte over mijn taalgebruik.
- Zij muggenziftten graag over andermans werk.
- Wij muggenziftten niet zo vaak.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Muggenziften with some of the pronouns.
- Ik heb gemuggenzift over de kleinste details.
- Jij hebt altijd gemuggenzift tijdens vergaderingen.
- Hij heeft gemuggenzift over mijn taalgebruik.
- Zij hebben graag gemuggenzift over andermans werk.
- Wij hebben niet zo vaak gemuggenzift.