onderbouwen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | onderbouw | onderbouwde | heb onderbouwd |
jij, je, u | onderbouwt | onderbouwde | hebt onderbouwd |
hij, zij, het | onderbouwt | onderbouwde | heeft onderbouwd |
wij | onderbouwen | onderbouwden | hebben onderbouwd |
jullie | onderbouwen | onderbouwden | hebben onderbouwd |
zij, ze | onderbouwen | onderbouwden | hebben onderbouwd |
PresensBeta
Example presens sentences for Onderbouwen with some of the pronouns.
- Ik onderbouw mijn argumenten met feitelijke gegevens.
- Jij onderbouwt je standpunt met overtuigende redenen.
- Hij/zij onderbouwt haar stelling met wetenschappelijk onderzoek.
- Wij onderbouwen onze conclusies met concrete voorbeelden.
- Zij onderbouwen hun beweringen met statistische gegevens.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Onderbouwen with some of the pronouns.
- Vroeger onderbouwde ik mijn beweringen met emotionele argumenten.
- Toen ik jonger was, onderbouwde jij je beslissingen minder logisch.
- Hij/zij onderbouwde haar strategie niet altijd adequaat.
- In die tijd onderbouwden wij onze hypotheses onvoldoende.
- Vroeger onderbouwden zij hun standpunten met beperkte informatie.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Onderbouwen with some of the pronouns.
- Ik heb mijn mening goed onderbouwd tijdens de presentatie.
- Jij hebt je standpunt uitstekend onderbouwd in het rapport.
- Hij/zij heeft haar argumenten duidelijk onderbouwd in de discussie.
- Wij hebben onze bevindingen voldoende onderbouwd met onderzoeksresultaten.
- Zij hebben hun conclusies grondig onderbouwd met verschillende bronnen.