toenemen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | neem toe | nam toe | ben toegenomen |
jij, je, u | neemt toe | nam toe | bent toegenomen |
hij, zij, het | neemt toe | nam toe | is toegenomen |
wij | nemen toe | namen toe | zijn toegenomen |
jullie | nemen toe | namen toe | zijn toegenomen |
zij, ze | nemen toe | namen toe | zijn toegenomen |
PresensBeta
Example presens sentences for Toenemen with some of the pronouns.
- Het aantal besmettingen neemt toe.
- Ik neem elke dag een beetje meer verantwoordelijkheid.
- De temperatuur neemt langzaam af naarmate de avond valt.
- Ze nemen deel aan verschillende sportactiviteiten.
- Onze winst neemt gestaag toe.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Toenemen with some of the pronouns.
- Vroeger nam ik regelmatig deel aan wedstrijden.
- Toen ik jong was, nam mijn nieuwsgierigheid naar de wereld toe.
- Het aantal bezoekers nam geleidelijk toe na de heropening.
- Ze namen de juiste beslissing op het juiste moment.
- Het vertrouwen in de economie nam af tijdens de crisis.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Toenemen with some of the pronouns.
- Het aantal bezoekers is toegenomen sinds de opening van het nieuwe museum.
- Mijn gewicht is de afgelopen maanden toegenomen door minder te bewegen.
- Zijn ervaring is snel toegenomen sinds hij hier werkt.
- We zijn blij dat de interesse in onze producten is toegenomen.
- De populariteit van de band is de afgelopen jaren sterk toegenomen.