ontbolsteren

Conjugations List of Ontbolsteren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikontbolsterontbolsterdeheb ontbolsterd
jij, je, uontbolstertontbolsterdehebt ontbolsterd
hij, zij, hetontbolstertontbolsterdeheeft ontbolsterd
wijontbolsterenontbolsterdenhebben ontbolsterd
jullieontbolsterenontbolsterdenhebben ontbolsterd
zij, zeontbolsterenontbolsterdenhebben ontbolsterd

Presens
Beta

Example presens sentences for Ontbolsteren with some of the pronouns.

  • De bloem ontbolstert langzaam in de lentezon.
  • Ik ontbolster de vrucht om de pit te kunnen planten.
  • Jij ontbolstert je talenten met elke nieuwe uitdaging.
  • Hij ontbolstert als kunstenaar en maakt prachtige schilderijen.
  • Wij ontbolsteren de mogelijkheden van technologie in ons dagelijks leven.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Ontbolsteren with some of the pronouns.

  • De bloem ontbolsterde langzaam terwijl de zon scheen.
  • Ik ontbolsterde de vrucht en plantte de pit in de grond.
  • Jij ontbolsterde je talenten en groeide snel als persoon.
  • Hij ontbolsterde als kunstenaar en maakte indrukwekkende werken.
  • Wij ontbolsterden de mogelijkheden van technologie en experimenteerden ermee.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Ontbolsteren with some of the pronouns.

  • De bloem is ontbolsterd en heeft nu een prachtige kleur.
  • Ik heb de vrucht ontbolsterd en de pit geplant.
  • Jij bent je talenten aan het ontbolsteren en hebt al veel bereikt.
  • Hij is ontbolsterd als kunstenaar en heeft vele exposities gehad.
  • Wij hebben de mogelijkheden van technologie ontbolsterd en gebruiken ze volop.