openkrabben
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | krab open | krabde open | heb opengekrabd |
jij, je, u | krabt open | krabde open | hebt opengekrabd |
hij, zij, het | krabt open | krabde open | heeft opengekrabd |
wij | krabben open | krabden open | hebben opengekrabd |
jullie | krabben open | krabden open | hebben opengekrabd |
zij, ze | krabben open | krabden open | hebben opengekrabd |
Presens
Example presens sentences for Openkrabben with some of the pronouns.
- Ik openkrab de jeukende muggenbult.
- Jij opentkrabt de verpakking van het cadeau.
- Hij/zij/het opentkrabt de brief met nieuwsgierigheid.
- Wij openkrabben de krassen van de auto.
- Jullie openkrabben de loterijtickets om te zien of jullie gewonnen hebben.
Imperfectum
Example imperfectum sentences for Openkrabben with some of the pronouns.
- Ik krabde de jeukende muggenbult open.
- Jij opende de verpakking van het cadeau.
- Hij/zij/het opende de brief nieuwsgierig.
- Wij krabden de krassen van de auto weg.
- Jullie openden de loterijtickets om te controleren of jullie gewonnen hadden.
Perfectum
Example perfectum sentences for Openkrabben with some of the pronouns.
- Ik heb de jeukende muggenbult opgekrabd.
- Jij hebt de verpakking van het cadeau opengemaakt.
- Hij/zij/het heeft de brief opengeritst.
- Wij hebben de krassen van de auto weggekrabd.
- Jullie hebben de loterijtickets opengemaakt en gecontroleerd of jullie gewonnen hebben.