overbrieven

Conjugations List of Overbrieven.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikbrief overbriefde overheb overgebriefd
jij, je, ubrieft overbriefde overhebt overgebriefd
hij, zij, hetbrieft overbriefde overheeft overgebriefd
wijbrieven overbriefden overhebben overgebriefd
julliebrieven overbriefden overhebben overgebriefd
zij, zebrieven overbriefden overhebben overgebriefd

Presens
Beta

Example presens sentences for Overbrieven with some of the pronouns.

  • Ik overblijf graag na school om met de leerlingen te praten.
  • Jij overblijft vaak in de bibliotheek om te studeren.
  • Hij/Zij overblijft altijd tot het laatste moment om zijn/haar werk af te maken.
  • Wij blijven over na de vergadering om de details te bespreken.
  • Jullie blijven over bij je grootouders tijdens de vakantie.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Overbrieven with some of the pronouns.

  • Ik bleef over om extra oefeningen te doen.
  • Jij bleef vaak over om met je vrienden te spelen.
  • Hij/Zij bleef altijd over om de lesstof nogmaals door te nemen.
  • Wij bleven over om de taken te verdelen.
  • Jullie bleven over om de fouten te verbeteren.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Overbrieven with some of the pronouns.

  • Ik ben overgebleven om de presentatie voor te bereiden.
  • Jij bent vaak overgebleven om te helpen bij het opruimen.
  • Hij/Zij is langer overgebleven om aan zijn/haar project te werken.
  • Wij zijn gisteren overgebleven om de resultaten te analyseren.
  • Jullie zijn vorige week overgebleven om het probleem op te lossen.