responderen

Conjugations List of Responderen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikrespondeerrespondeerdeheb gerespondeerd
jij, je, urespondeertrespondeerdehebt gerespondeerd
hij, zij, hetrespondeertrespondeerdeheeft gerespondeerd
wijresponderenrespondeerdenhebben gerespondeerd
jullieresponderenrespondeerdenhebben gerespondeerd
zij, zeresponderenrespondeerdenhebben gerespondeerd

Presens
Beta

Example presens sentences for Responderen with some of the pronouns.

  • Ik reageer op je vraag.
  • Jij reageert snel op berichten.
  • Hij/zij reageert altijd vriendelijk.
  • Wij reageren binnen 24 uur.
  • Zij reageren enthousiast op het nieuws.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Responderen with some of the pronouns.

  • Ik reageerde altijd op je vragen.
  • Jij reageerde snel op berichten.
  • Hij/zij reageerde vriendelijk.
  • Wij reageerden binnen 24 uur.
  • Zij reageerden enthousiast op het nieuws.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Responderen with some of the pronouns.

  • Ik heb gereageerd op je vraag.
  • Jij bent snel op berichten gereageerd.
  • Hij/zij is altijd vriendelijk gereageerd.
  • Wij hebben binnen 24 uur gereageerd.
  • Zij hebben enthousiast gereageerd op het nieuws.