rikkekikken

Conjugations List of Rikkekikken.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikrikkekikrikkekikteheb gerikkekikt
jij, je, urikkekiktrikkekiktehebt gerikkekikt
hij, zij, hetrikkekiktrikkekikteheeft gerikkekikt
wijrikkekikkenrikkekiktenhebben gerikkekikt
jullierikkekikkenrikkekiktenhebben gerikkekikt
zij, zerikkekikkenrikkekiktenhebben gerikkekikt

Presens
Beta

Example presens sentences for Rikkekikken with some of the pronouns.

  • Ik rikkekik nu elke dag in de tuin.
  • Jij rikkekikt altijd zo grappig.
  • Hij rikkekikt graag naar vogels.
  • Wij rikkekikken samen op feestjes.
  • Zij rikkekikken vaak tijdens het eten.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Rikkekikken with some of the pronouns.

  • Vroeger rikkekikte ik altijd met mijn broer.
  • Toen ik jong was, rikkekikten wij vaak samen.
  • Hij rikkekikte terwijl hij zijn huiswerk maakte.
  • We rikkekikten urenlang tijdens het kamperen.
  • Zij rikkekikten veel op feestjes in die tijd.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Rikkekikken with some of the pronouns.

  • Ik heb gisteravond gerikkekikt in het park.
  • Jij bent al naar die voorstelling gerikkekikt.
  • Hij heeft veel gelachen toen hij rikkekikte.
  • Wij zijn vorige week op vakantie gerikkekikt.
  • Zij hebben nog nooit zo hard gerikkekikt.