samplen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | sample | samplede | heb gesampled |
jij, je, u | samplet | samplede | hebt gesampled |
hij, zij, het | samplet | samplede | heeft gesampled |
wij | samplen | sampleden | hebben gesampled |
jullie | samplen | sampleden | hebben gesampled |
zij, ze | samplen | sampleden | hebben gesampled |
PresensBeta
Example presens sentences for Samplen with some of the pronouns.
- Ik sample regelmatig nieuwe muziek.
- Jij sampled de geluiden van de stad.
- Hij/Zij/Het samplet verschillende instrumenten.
- Wij samplen vaak tijdens het optreden.
- Jullie samplen je favoriete nummers.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Samplen with some of the pronouns.
- Vroeger samplede ik alles met mijn oude keyboard.
- Toen we jong waren, sampleden we onze favoriete liedjes.
- Hij/Zij/Het samplede altijd zonder toestemming.
- Wij sampleden ook geluiden uit de natuur.
- Jullie sampleden vooral elektronische klanken.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Samplen with some of the pronouns.
- Ik heb gesampled op het feest gisteravond.
- Jij hebt al eerder samples gemaakt.
- Hij/Zij/Het heeft het geluid perfect gesampled.
- Wij hebben veel samples gebruikt in onze productie.
- Jullie hebben samen met bekende artiesten gesampled.