schrollen

Conjugations List of Schrollen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikschrolschroldeheb geschrold
jij, je, uschroltschroldehebt geschrold
hij, zij, hetschroltschroldeheeft geschrold
wijschrollenschroldenhebben geschrold
jullieschrollenschroldenhebben geschrold
zij, zeschrollenschroldenhebben geschrold

Presens
Beta

Example presens sentences for Schrollen with some of the pronouns.

  • Ik schrol nu door de nieuwsfeed op mijn telefoon.
  • Jij schrolt graag op sociale media.
  • Hij schrolt dagelijks door zijn e-mails.
  • Wij schrollen regelmatig door online winkels.
  • Zij schrollen vaak langs interessante artikelen.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Schrollen with some of the pronouns.

  • Vroeger schrolden we met oude kranten in plaats van smartphones.
  • Toen ik jong was, schrolden we door boeken om informatie te vinden.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Schrollen with some of the pronouns.

  • Ik heb door de hele website geschrold om informatie te vinden.
  • Jij bent gisteravond door alle foto's geschrold.
  • Hij heeft al meerdere keren door dat document geschrold.
  • Wij hebben samen door het tijdschrift geschrold.
  • Zij zijn door de hele krant geschrold op zoek naar het artikel.