tasten

Conjugations List of Tasten.
Presens
Imperfectum
Perfectum
iktasttastteheb getast
jij, je, utasttasttehebt getast
hij, zij, hettasttastteheeft getast
wijtastentasttenhebben getast
jullietastentasttenhebben getast
zij, zetastentasttenhebben getast

Presens
Beta

Example presens sentences for Tasten with some of the pronouns.

  • Ik tast de oppervlakte af om te zien of er oneffenheden zijn.
  • Jij tast in het donker en probeert de juiste knop te vinden.
  • Hij tast in zijn zakken op zoek naar zijn sleutels.
  • Wij tasten het probleem grondig af voordat we een oplossing bedenken.
  • Zij tasten de grenzen van het experiment af om te zien hoe ver ze kunnen gaan.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Tasten with some of the pronouns.

  • Ik tastte de oppervlakte af om te zien of er oneffenheden waren.
  • Jij tastte in het donker en probeerde de juiste knop te vinden.
  • Hij tastte in zijn zakken op zoek naar zijn sleutels.
  • Wij tastten het probleem grondig af voordat we een oplossing bedachten.
  • Zij tastten de grenzen van het experiment af om te zien hoe ver ze konden gaan.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Tasten with some of the pronouns.

  • Ik heb de oppervlakte afgetast en geen afwijkingen gevonden.
  • Jij hebt in het donker getast en de schakelaar gevonden.
  • Hij heeft in zijn zakken getast en zijn sleutels gevonden.
  • Wij hebben het probleem grondig afgetast en een oplossing bedacht.
  • Zij hebben de grenzen van het experiment afgetast en nieuwe inzichten verkregen.