terugwijzen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | wijs terug | wees terug | heb teruggewezen |
jij, je, u | wijst terug | wees terug | hebt teruggewezen |
hij, zij, het | wijst terug | wees terug | heeft teruggewezen |
wij | wijzen terug | wezen terug | hebben teruggewezen |
jullie | wijzen terug | wezen terug | hebben teruggewezen |
zij, ze | wijzen terug | wezen terug | hebben teruggewezen |
PresensBeta
Example presens sentences for Terugwijzen with some of the pronouns.
- Ik wijs terug naar de oorsprong van het probleem.
- Jij wijst terug naar vroegere ervaringen.
- Hij/zij wijst terug naar zijn/haar jeugd.
- Wij wijzen terug naar de oude gewoonten.
- Jullie wijzen terug naar het verleden.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Terugwijzen with some of the pronouns.
- Ik wees terug naar mijn aantekeningen.
- Jij wees terug naar de vorige versie.
- Hij/zij wees terug naar de vorige generatie.
- Wij wezen terug naar onze roots.
- Jullie wezen terug naar de oude tradities.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Terugwijzen with some of the pronouns.
- Ik heb terugverwezen naar de handleiding.
- Jij hebt teruggewezen naar de vorige pagina.
- Hij/zij heeft teruggewezen naar de originele bron.
- Wij hebben terugverwezen naar eerdere gesprekken.
- Jullie hebben teruggewezen naar de oude regels.