toedenken
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | denk toe | dacht toe | heb toegedacht |
jij, je, u | denkt toe | dacht toe | hebt toegedacht |
hij, zij, het | denkt toe | dacht toe | heeft toegedacht |
wij | denken toe | dachten toe | hebben toegedacht |
jullie | denken toe | dachten toe | hebben toegedacht |
zij, ze | denken toe | dachten toe | hebben toegedacht |
PresensBeta
Example presens sentences for Toedenken with some of the pronouns.
- Ik denk toe aan mijn vakantie.
- Jij denkt toe aan het feest vanavond.
- Hij denkt toe aan zijn familie.
- Wij denken toe aan de toekomst.
- Zij denken toe aan hun studie.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Toedenken with some of the pronouns.
- Ik dacht toe aan mijn vrienden.
- Jij dacht toe aan de goede oude tijd.
- Hij dacht toe aan zijn jeugdherinneringen.
- Wij dachten toe aan een betere wereld.
- Zij dachten toe aan hun vorige werkgever.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Toedenken with some of the pronouns.
- Ik heb toebedacht aan een oplossing.
- Jij hebt toebedacht aan een cadeau voor haar verjaardag.
- Hij heeft toebedacht aan een nieuwe strategie.
- Wij hebben toebedacht aan een plan voor de presentatie.
- Zij hebben toebedacht aan mogelijke alternatieven.