verkindsen

Conjugations List of Verkindsen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikverkindsverkindsteben verkindst
jij, je, uverkindstverkindstebent verkindst
hij, zij, hetverkindstverkindsteis verkindst
wijverkindsenverkindstenzijn verkindst
jullieverkindsenverkindstenzijn verkindst
zij, zeverkindsenverkindstenzijn verkindst

Presens

Example presens sentences for Verkindsen with some of the pronouns.

  • Ik verkinds
  • Jij verkinds
  • Hij/Zij/Het verkindst
  • Wij/U verkindsen
  • Zij verkindsen

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Verkindsen with some of the pronouns.

  • Ik verkindsde
  • Jij verkindsde
  • Hij/Zij/Het verkindsde
  • Wij/U verkindsden
  • Zij verkindsden

Perfectum

Example perfectum sentences for Verkindsen with some of the pronouns.

  • Ik heb verkindsd
  • Jij hebt verkindsd
  • Hij/Zij/Het heeft verkindsd
  • Wij/U hebben verkindsd
  • Zij hebben verkindsd