kozen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | koos | koosde | heb gekoosd |
jij, je, u | koost | koosde | hebt gekoosd |
hij, zij, het | koost | koosde | heeft gekoosd |
wij | kozen | koosden | hebben gekoosd |
jullie | kozen | koosden | hebben gekoosd |
zij, ze | kozen | koosden | hebben gekoosd |
PresensBeta
Example presens sentences for Kozen with some of the pronouns.
- We kiezen altijd voor biologisch voedsel.
- Jullie kiezen de winnaar van de wedstrijd.
- De kinderen kiezen hun favoriete speelgoed.
- Ik kies ervoor om gezond te eten.
- Zij kiezen een nieuwe leider.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Kozen with some of the pronouns.
- Vroeger kozen we altijd dezelfde vakantiebestemming.
- Toen ik jong was, koos ik altijd voor avontuurlijke activiteiten.
- Hij koos voor een baan in het buitenland.
- De klanten kozen vroeger vaak voor dit merk.
- Tijdens de vergadering kozen ze een nieuw bestuurslid.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Kozen with some of the pronouns.
- Wij hebben gekozen voor een vakantie in Spanje.
- Hij heeft de verkeerde route gekozen.
- De jury heeft de beste film gekozen.
- Ze heeft haar studierichting gekozen.
- Jij hebt het juiste cadeau gekozen.