verkrachten

Conjugations List of Verkrachten.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikverkrachtverkrachtteheb verkracht
jij, je, uverkrachtverkrachttehebt verkracht
hij, zij, hetverkrachtverkrachtteheeft verkracht
wijverkrachtenverkrachttenhebben verkracht
jullieverkrachtenverkrachttenhebben verkracht
zij, zeverkrachtenverkrachttenhebben verkracht