verwikken
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | verwik | verwikte | heb verwikt |
| jij, je, u | verwikt | verwikte | hebt verwikt |
| hij, zij, het | verwikt | verwikte | heeft verwikt |
| wij | verwikken | verwikten | hebben verwikt |
| jullie | verwikken | verwikten | hebben verwikt |
| zij, ze | verwikken | verwikten | hebben verwikt |
PresensBeta
Example presens sentences for Verwikken with some of the pronouns.
- Ik verwikkel de draden tot een stevige knoop.
- Jij verwikkelt jezelf in allerlei problemen.
- Hij verwikkelt zich vaak in politieke discussies.
- Wij verwikkelen de wol tot een warme trui.
- Zij verwikkelen de zaak in juridische procedures.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Verwikken with some of the pronouns.
- Ik verwikkelde de draden tot een stevige knoop.
- Jij verwikkelde jezelf in allerlei problemen.
- Hij verwikkelde zich vaak in politieke discussies.
- Wij verwikkelden de wol tot een warme trui.
- Zij verwikkelden de zaak in juridische procedures.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Verwikken with some of the pronouns.
- Ik heb de draden tot een stevige knoop verwikkeld.
- Jij bent jezelf in allerlei problemen verwikkeld.
- Hij is zich vaak in politieke discussies verwikkeld.
- Wij hebben de wol tot een warme trui verwikkeld.
- Zij hebben de zaak in juridische procedures verwikkeld.