voorovervallen

Conjugations List of Voorovervallen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikval vooroverviel vooroverben voorovergevallen
jij, je, uvalt vooroverviel vooroverbent voorovergevallen
hij, zij, hetvalt vooroverviel vooroveris voorovergevallen
wijvallen voorovervielen vooroverzijn voorovergevallen
jullievallen voorovervielen vooroverzijn voorovergevallen
zij, zevallen voorovervielen vooroverzijn voorovergevallen

Presens

Example presens sentences for Voorovervallen with some of the pronouns.

  • Ik val voorover tijdens het hardlopen.
  • Jij valt voorover als je te snel rent.
  • Hij valt vaak voorover bij het fietsen.
  • Zij vallen voorover omdat de grond glad is.
  • We vallen voorover als we niet goed opletten.

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Voorovervallen with some of the pronouns.

  • Ik viel voorover terwijl ik de trap afging.
  • Jij viel vaak voorover toen je leerde fietsen.
  • Hij viel regelmatig voorover tijdens het voetballen.
  • Zij vielen voorover door de harde wind.
  • We vielen voorover doordat de stoelen wiebelden.

Perfectum

Example perfectum sentences for Voorovervallen with some of the pronouns.

  • Ik ben voorovergevallen toen ik over een tak struikelde.
  • Jij bent voorovergevallen bij het skateboarden gisteren.
  • Hij is al meerdere keren voorovergevallen sinds hij begon met skiën.
  • Zij zijn voorovergevallen tijdens het dansen op het feestje.
  • We zijn voorovergevallen toen we over de losse stenen liepen.