aftreden
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | treed af | trad af | ben afgetreden |
jij, je, u | treedt af | trad af | bent afgetreden |
hij, zij, het | treedt af | trad af | is afgetreden |
wij | treden af | traden af | zijn afgetreden |
jullie | treden af | traden af | zijn afgetreden |
zij, ze | treden af | traden af | zijn afgetreden |
PresensBeta
Example presens sentences for Aftreden with some of the pronouns.
- De burgemeester treedt af na een lang dienstverband.
- Ik treed af als voorzitter van de vereniging.
- Jullie treden af als bestuursleden van de stichting.
- De minister treedt vandaag af vanwege een politiek schandaal.
- Het kabinet treedt af na de verkiezingsnederlaag.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Aftreden with some of the pronouns.
- De koningin trad af ten gunste van haar zoon.
- Ik trad af als CEO van het bedrijf voordat de resultaten verslechterden.
- Jullie traden af als ambassadeurs na het uitlekken van gevoelige informatie.
- De premier trad af na een motie van wantrouwen.
- De oud-voorzitter trad vorig jaar af wegens persoonlijke redenen.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Aftreden with some of the pronouns.
- De directeur is afgetreden na jarenlange trouwe dienst.
- Ik ben afgetreden als lid van het team nadat ik een nieuwe baan heb gevonden.
- Jullie zijn afgetreden als raadsleden na de succesvolle afronding van jullie termijn.
- De president is gisteren afgetreden om gezondheidsredenen.
- De CEO is afgetreden vanwege onenigheid met de raad van bestuur.