bedingen
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | beding | bedong | heb bedongen |
jij, je, u | bedingt | bedong | hebt bedongen |
hij, zij, het | bedingt | bedong | heeft bedongen |
wij | bedingen | bedongen | hebben bedongen |
jullie | bedingen | bedongen | hebben bedongen |
zij, ze | bedingen | bedongen | hebben bedongen |
PresensBeta
Example presens sentences for Bedingen with some of the pronouns.
- Ik beding een betere prijs voor mijn klanten.
- Jij bedingt altijd goede voorwaarden in onderhandelingen.
- Hij/Zij/Het bedingt een speciale behandeling.
- Wij bedingen gunstige afspraken met onze leveranciers.
- Jullie bedingen een korting voor grote bestellingen.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Bedingen with some of the pronouns.
- Ik bedong vroeger altijd de beste deals.
- Jij bedong regelmatig kortingen voor je klanten.
- Hij/Zij/Het bedong vaak speciale privileges.
- Wij bedongen gunstige voorwaarden in elke situatie.
- Jullie bedongen altijd extra voordelen voor het team.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Bedingen with some of the pronouns.
- Ik heb een lagere prijs bedongen bij de leverancier.
- Jij hebt goede voorwaarden bedongen in het contract.
- Hij/Zij/Het heeft een speciale behandeling bedongen.
- Wij hebben gunstige afspraken bedongen met de klant.
- Jullie hebben een korting bedongen voor volgende aankopen.