wegrotten
Presens | Imperfectum | Perfectum | |
---|---|---|---|
ik | rot weg | rotte weg | ben weggerot |
jij, je, u | rot weg | rotte weg | bent weggerot |
hij, zij, het | rot weg | rotte weg | is weggerot |
wij | rotten weg | rotten weg | zijn weggerot |
jullie | rotten weg | rotten weg | zijn weggerot |
zij, ze | rotten weg | rotten weg | zijn weggerot |
PresensBeta
Example presens sentences for Wegrotten with some of the pronouns.
- Het voedsel rot weg als het niet wordt geconsumeerd.
- De vruchten rotten weg als ze niet op tijd worden geplukt.
- Als je natte kleren in een tas laat zitten, rotten ze weg.
- Wanneer voedsel niet goed wordt bewaard, begint het snel te rotten.
- Als je afval niet weggooit, gaat het uiteindelijk wegrotten.
ImperfectumBeta
Example imperfectum sentences for Wegrotten with some of the pronouns.
- Vroeger rotte het voedsel altijd weg door gebrek aan koeling.
- Toen ik thuiskwam, merkte ik dat het eten in de koelkast was weggerot.
- In die oude schuur rook het altijd naar wegrottend hout.
- Elke zomer rotten de appels op deze plek langzaam weg.
- De verwaarloosde tuin was vol met planten die aan het wegrotten waren.
PerfectumBeta
Example perfectum sentences for Wegrotten with some of the pronouns.
- Het voedsel is weggerot omdat het te lang ongebruikt bleef.
- De vruchten zijn weggerot doordat ze niet op tijd werden geplukt.
- Ik ben geschrokken toen ik zag dat de resten waren weggerot.
- Na dagenlang regen waren de houten planken volledig weggerot.
- De vergeten groenten waren al weggerot voordat ze werden gevonden.