bijdragen

Conjugations List of Bijdragen.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikdraag bijdroeg bijheb bijgedragen
jij, je, udraagt bijdroeg bijhebt bijgedragen
hij, zij, hetdraagt bijdroeg bijheeft bijgedragen
wijdragen bijdroegen bijhebben bijgedragen
julliedragen bijdroegen bijhebben bijgedragen
zij, zedragen bijdroegen bijhebben bijgedragen

Presens
Beta

Example presens sentences for Bijdragen with some of the pronouns.

  • Ik draag bij aan het goede doel.
  • Hij draagt bij aan de discussie.
  • Zij draagt bij tot de ontwikkeling van het project.
  • Wij dragen bij aan een duurzame samenleving.
  • Jullie dragen bij aan de verbetering van de situatie.

Imperfectum
Beta

Example imperfectum sentences for Bijdragen with some of the pronouns.

  • Ik droeg bij aan het team tijdens het project.
  • Hij droeg bij aan de verspreiding van kennis.
  • Zij droeg bij aan het oplossen van problemen.
  • Wij droegen bij aan de ontwikkeling van nieuwe ideeën.
  • Jullie droegen bij aan het behalen van de doelstellingen.

Perfectum
Beta

Example perfectum sentences for Bijdragen with some of the pronouns.

  • Ik heb bijgedragen aan de succesvolle lancering van het product.
  • Hij heeft bijgedragen aan de groei van het bedrijf.
  • Zij heeft bijgedragen aan de realisatie van het evenement.
  • Wij hebben bijgedragen aan de totstandkoming van het rapport.
  • Jullie hebben bijgedragen aan de winstgevendheid van het project.