binnenlokken
| Presens | Imperfectum | Perfectum | |
|---|---|---|---|
| ik | lok binnen | lokte binnen | heb binnengelokt |
| jij, je, u | lokt binnen | lokte binnen | hebt binnengelokt |
| hij, zij, het | lokt binnen | lokte binnen | heeft binnengelokt |
| wij | lokken binnen | lokten binnen | hebben binnengelokt |
| jullie | lokken binnen | lokten binnen | hebben binnengelokt |
| zij, ze | lokken binnen | lokten binnen | hebben binnengelokt |
Presens
Example presens sentences for Binnenlokken with some of the pronouns.
- Ik lok binnen in de nieuwe leerlingen met interessante activiteiten.
- Jij lokt binnen door aantrekkelijke aanbiedingen.
- Hij/zij/het lokt binnen met zijn/haar charme.
- Wij lokken binnen met speciale kortingen.
- Jullie lokken binnen door mensen uit te nodigen.
Imperfectum
Example imperfectum sentences for Binnenlokken with some of the pronouns.
- Ik lokte binnen toen ik merkte dat het rustiger werd.
- Jij lokte binnen terwijl ik met andere zaken bezig was.
- Hij/zij/het lokte mensen binnen zonder hen te veel te pushen.
- Wij lokten binnen met leuke acties en prijzen.
- Jullie lokten deelnemers binnen voor de wedstrijd.
Perfectum
Example perfectum sentences for Binnenlokken with some of the pronouns.
- Ik heb binnengelokt met mijn overtuigingskracht.
- Jij hebt binnen gelokt door reclame te maken.
- Hij/zij/het heeft mensen binnen gelokt met een gratis proefles.
- Wij hebben klanten binnen gelokt met een aantrekkelijk aanbod.
- Jullie hebben veel bezoekers binnen gelokt met jullie evenement.